Herkomst
Over de precieze oorsprong van de Burmees valt niets met zekerheid te zeggen.
In elk geval werd in oude Thaise manuscripten van ruim voor het jaar 1700
al melding gemaakt van een kattenras dat opviel door zijn glanzende bruine
vacht. Het ras werd Supalak of Thon Daeng genoemd en naar alle waarschijnlijkheid
zijn deze katten de voorlopers van de Burmees geweest. De eerste bruine kat
werd in 1930 door Dr. Joseph C. Thompson uit Rangoon naar San Francisco gehaald.
Hij noemde deze kat Wong Mau. Wong Mau werd gepaard aan een Siamese kater.
In het nest bevond zich een bruin katertje, dat weer gepaard werd aan zijn
moeder.Geinteresseerden stelden een fokprogramma op om het type en de kleur
van de moederkat vast te leggen. Men importeerde nog een aantal katten met
het Burmese uiterlijk, maar om al te zware inteelt te voorkomen werden hier
en daar ook weer Siamese katten in het fokprogramma ingezet. Hoewel de eerste
Burmezen bruin waren werden al spoedig ook chocolate, blauwe en lilac geboren.
Karakter
De Burmees heeft een opvallend lieve en aanhankelijke aard. Ze houden
van gezelschap en zijn daarbij ook nog eens ontzettend nieuwsgierig. De meesten
lopen hun huisgenoten de hele dag na en liggen het liefst op schoot of bovenop
de krant die u aan het lezen bent. Contact met mensen is voor deze katten
dan ook heel belangrijk. Ze hebben een sociale instelling. De omgang met honden
is over het algemeen goed, ze hebben een zacht en aangenaam stemgeluid en
zijn verre van luidruchtig. Ze zijn tevens actief en speels tot op hoge leeftijd,
ze staan bekend om hun intelligentie en kunnen behoorlijk koppig en eigenwijs
zijn.
Verzorging
De vachtverzorging neemt niet veel tijd in beslag, omdat deze kat
weinig tot geen ondervacht heeft. De kat geregeld aaien en af en toe borstelen
is voldoende. Regelmatig de nagelpunten bijknippen en de oren met een
speciale oorcleaner reinigen.
Lichaam: Deze middelgrote kat van ongeveer 3,5 kg is gespierd
en krachtig, met een rechte rug en stevige borst. Ze heeft pootjes in
verhouding tot het lichaam, met ovale voeten. De staart is taps toelopend,
heeft een afgeronde top en is van gemiddelde lengte
Kop: Wigvormig met afgeronde vormen en een krachtige, brede
onderkaak en kin. Duidelijke stop. Oren middelgroot en enigszins
naar voren gericht. Ze staan wijd uit elkaar en zijn breed aan de basis.
Ogen: groot en staan wijd uit elkaar. De onderkant van het
oog loopt rond, terwijl de bovenkant een rechte lijn volgt.
Staart: taps toelopend, gemiddelde lengte en een afgeronde
top
Vacht: Zeer korte, dicht aanliggende vacht met weinig of
geen ondervacht. Een fijne haarstructuur die zijdeachtig aanvoelt. De
vacht heeft een mooie, diepe glans.
Kleur: de vachtkleur is in nuances die bij geen enkel ander
ras voorkomt. De onderkant van het lichaam is altijd lichter dan de rug en
de poten, en de overgang tussen de kleurnuances verloopt vloeiend.. Het gezicht
en de oren mogen contrasteren qua kleur, maar markeringen, witte haren en
strepen in de vacht zijn niet toegestaan. Vachtkleuren die voorkomen zijn:
bruin, chocolate, cinnamon, blauw, lilac, rood, creme en tortie.
Bijzonderheden
Er is een opmerkelijk verschil in de kopvorm van de Amerikaanse en
de Europese Burmees. De Amerikaanse Burmees heeft een korte kop met grote,
en een beetje uitpuilende ogen. De kop van de Engelse Burmees is daarentegen
gematigd van vorm.